Wetsvoorstel compartimentering deelnemingsvrijstelling
Naar aanleiding van een arrest van de Hoge Raad over aandelen die door wijziging van de wet met ingang van 2007 onder de deelnemingsvrijstelling vallen, heeft de staatssecretaris van Financiën een aanpassing van de wet aangekondigd. In de memorie van toelichting bij de Wet werken aan winst heeft de wetgever gezegd dat en hoe toerekening van voor- en nadelen uit aandelen bij een sfeerovergang aan de belaste en de onbelaste periode zou moeten plaatsvinden. In de wet is deze zogenaamde compartimentering echter niet geregeld. De Hoge Raad heeft in zijn arrest geoordeeld dat de wetgever de compartimentering wettelijk moet regelen. Zolang dat niet het geval is, zijn voordelen uit de aandelen die worden gerealiseerd in de periode dat de deelnemingsvrijstelling van toepassing is, maar die betrekking hebben op de periode dat de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing was, onbelast.
Het in te dienen wetsvoorstel moet dergelijke ongewenste gevolgen vermijden met terugwerkende kracht tot 14 juni 2013. Het wetsvoorstel regelt dat voordelen die na een sfeerovergang worden gerealiseerd worden verdeeld over de belaste en de onbelaste periode.
Op dividend dat na een sfeerovergang wordt ontvangen, is de deelnemingsvrijstelling van toepassing als aannemelijk is dat het dividend afkomstig is uit de onbelaste periode. Dividenden uit de belaste periode en die in de heffing van belasting worden begrepen, leiden tot een verhoging van het voor de aandelen opgeofferde bedrag.
Ook de vervreemdingsopbrengst van aandelen zal moeten worden gesplitst in een deel dat is toe te rekenen aan de belaste periode en een deel dat is toe te rekenen aan de onbelaste periode.