Heffingskortingen

Algemene heffingskorting
De algemene heffingskorting bedraagt in 2016 maximaal € 2.230. Zodra het inkomen hoger is dan de eerste tariefschijf daalt de algemene heffingskorting. Met ingang van 2016 daalt de algemene heffingskorting vanaf een inkomen van € 19.922 met 4,796%. Vanaf een inkomen van € 66.419 bedraagt de algemene heffingskorting nihil. In 2015 bedraagt de algemene heffingskorting maximaal € 2.203. De afbouw bedraagt in 2015 2,32%. Vanaf een inkomen van € 19.822 daalt de algemene heffingskorting, maar niet verder dan tot € 1.342.

Arbeidskorting
Het Belastingplan 2014 regelt een verhoging van de maximale arbeidskorting per 2016 met € 233 en een volledige afbouw voor hogere inkomens. Het Belastingplan 2015 verlaagt het startpunt van de afbouw van de arbeidskorting per 2016 met € 500. Het Belastingplan 2016 regelt een verhoging van het maximumbedrag van de arbeidskorting na indexering met € 638. Het startpunt van de afbouw met 4% van het arbeidsinkomen wordt met €  638/4% = € 15.950 verlaagd. Met name mensen met arbeidsinkomens tussen circa  € 9.000 en circa € 50.000 profiteren van de aanpassingen in de arbeidskorting. Hogere arbeidsinkomens profiteren van de verhoging van de arbeidskorting zoals bepaald in het Belastingplan 2014.

Inkomensafhankelijke combinatiekorting
Het maximumbedrag van de inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt na indexatie verhoogd met  € 606. In 2016 bedraagt de inkomensafhankelijke combinatiekorting vanaf een arbeidsinkomen van € 4.881  €1.039. Dit bedrag wordt vermeerderd met 6,159% (in 2015: 4%) van het arbeidsinkomen boven € 4.881. De inkomensafhankelijke combinatiekorting bedraagt maximaal € 2.769 bij een arbeidsinkomen van € 32.970. In 2015 is de korting maximaal € 2.152 bij een arbeidsinkomen van € 32.832.

Ouderenkorting
De ouderenkorting wordt met € 222 verhoogd tot € 1.187 voor inkomens tot circa € 35.000. Het Belastingplan 2015 regelt een verlaging van de ouderenkorting met € 83 in 2016. De uiteindelijke verhoging bedraagt daardoor € 139. In 2015 bedraagt de ouderenkorting € 1.042.

Heffingskortingen

Diverse heffingskortingen in de loon- en inkomstenbelasting worden aangepast in het Belastingplan 2015.

Arbeidskorting
De arbeidskorting, een extra heffingskorting voor werkenden, begint bij een bepaalde hoogte van het inkomen te dalen. Deze zogenaamde afbouwgrens van de arbeidskorting gaat volgend jaar omhoog om werken lonender te maken. Het maximum van de arbeidskorting was overigens door het Belastingplan 2014 al verhoogd.

Algemene heffingskorting
Ook de algemene heffingskorting begint na het bereiken van zijn maximum bij een zeker inkomen te dalen. Het percentage waarmee de algemene heffingskorting daalt wordt verhoogd en bedraagt 2,32% in 2015 en op 3,32% in de jaren daarna.

Ouderentoeslag en ouderenkorting
Eerder was al bekend geworden dat de ouderentoeslag in box 3 wordt afgeschaft en dat de ouderenkorting in 2016 wordt verlaagd met € 83. De ouderenkorting bedraagt in 2014 € 1.032 bij een inkomen tot € 35.450 en € 150 bij een hoger inkomen. De ouderentoeslag in box 3 geldt voor ouderen met een inkomen in box 1 van maximaal € 19.895 en een grondslag voor box 3 van maximaal € 279.708. Voor deze groep wordt het heffingvrije vermogen in box 3 verhoogd met maximaal € 27.984. Door de afschaffing van de ouderentoeslag met ingang van 2016 worden zij voor wat betreft het heffingvrije vermogen in box 3 gelijk behandeld als overige belastingplichtigen.

Dit is wellicht ook interessant voor u...