Reserve kan niet nogmaals vrijvallen
Met toepassing van de foutenleer kan een fout in een balans van een onderneming, die in een eerder jaar is ontstaan, worden hersteld in het oudste jaar waarvan de aanslag nog niet definitief vaststaat. Op die manier kan bijvoorbeeld een fiscale reserve die ten onrechte is gehandhaafd in een later jaar vrijvallen ten gunste van de winst. Kan de Belastingdienst een beroep doen op de foutenleer om een eerder aangebrachte correctie die door het te laat opleggen van de aanslag niet tot belastingheffing heeft geleid?
Deze vraag speelde in een procedure over de vrijval van een vervangingsreserve, de voorloper van de huidige herinvesteringsreserve. De Belastingdienst heeft bij het vaststellen van de aanslag vennootschapsbelasting van een BV over het jaar 1998 de in 1997 gevormde vervangingsreserve laten vrijvallen. Na tegen de aanslag gemaakt bezwaar verminderde de Belastingdienst de aanslag tot nihil omdat deze na het verstrijken van de aanslagtermijn was opgelegd. Vervolgens wilde de Belastingdienst deze reserve met een beroep op de foutenleer in de aanslag vennootschapsbelasting over 2003 opnemen. Hof Arnhem stond dat niet toe. Door de vrijval van de reserve in 1998, ook al had die niet tot belastingheffing geleid, was geen sprake van een reserve die na 1998 ten onrechte was gehandhaafd. De reserve kon daarom niet in een later jaar vrijvallen, ook niet met toepassing van de foutenleer. De Belastingdienst slaagde er niet in om aannemelijk te maken dat de reserve in 1998 was gehandhaafd.